In het kort
Het kabinet wil voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt de loonkostensubsidie vervangen door loondispensatie. Dat betekent dat de werkgever aan iemand met een arbeidsbeperking minder dan het minimumloon mag betalen. Branchevereniging Cedris waarschuwt dat dit voor de kwetsbare groep mensen om wie het gaat zeer nadelig uitpakt.
Meer dan de helft van de mensen met een arbeidsbeperking heeft geen werk, terwijl het overgrote deel van hen wel wíl werken. Denk aan de overbuurman die door autisme niet veel prikkels aan kan, de leerling van het speciaal onderwijs die wat meer tijd nodig heeft om een klus te klaren of het nichtje dat zich af en toe moet afsluiten om het hoofd weer op orde te krijgen. Ook zij willen eigen geld verdienen, erbij horen en zijn waardevol op de werkvloer.
Staatssecretaris Tamara van Ark wil het makkelijker voor werkgevers maken om deze mensen aan te nemen. Zij stuurde daarvoor een voorstel naar de Tweede Kamer voor invoering van loondispensatie in de Participatiewet. Daarmee hoopt de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op termijn ruim 200.000 mensen met een beperking aan werk te helpen.
Verschil in regels verdwijnt
Ze wil hiermee de vele regelingen vereenvoudigen voor werkgevers, als er mensen bij hen komen werken die door een arbeidsbeperking niet het minimumloon kunnen verdienen. Nemen ze iemand met een Wajonguitkering in dienst, dan betalen ze alleen loon voor het deel dat iemand kan produceren (loondispensatie). Gaat iemand nu vanuit de bijstand werken, dan betaalt de werkgever een volledig loon voor de gewerkte uren en krijgt hij subsidie van de gemeente (loonkostensubsidie). Wie in deeltijd werkt, krijgt dan vaak nog een aanvulling vanuit de uitkering.
Dat verschil in regels verdwijnt met het plan van de staatssecretaris voor werkgevers. Het kabinet wil het voor ondernemers eenvoudiger maken, zodat meer werkgevers mensen met een beperking in dienst nemen en houden. Bij nieuwe contracten hoeven de werkgevers alleen te betalen voor wat iemand kan produceren, ongeacht de achtergrond van de werknemer (Wajong of Participatiewet): het instrument dat kan worden ingezet is hetzelfde.
Dus als iemand door een beperking minder snel werkt of minder kan dan een ander en daardoor niet het minimumloon kan verdienen, hoeft de werkgever ook voor mensen die vanuit de bijstand gaan werken niet het hele loon te betalen. Hoe hoog dat loon is wordt objectief vastgesteld en aangevuld met een uitkering voor de werknemer tot minumumloon.
‘Dit betekent dat iemand nooit een volwaardig werknemer wordt’
Job Cohen, voorzitter van branchevereniging Cedris hierover: “Ook voor de mensen die wél een aanvulling krijgen, betekent dit dat iemand nooit een volwaardig werknemer wordt. Hij blijft zijn hele loopbaan gedeeltelijk afhankelijk van een uitkering. Bovendien wordt de uitvoering verlegd van de werkgever naar de kwetsbare werknemer, met een groot risico op schulden.”
Naast plussen ook minnen
De staatssecretaris erkent dat de nieuwe regeling naast plussen ook minnen heeft. Wat voor het kabinet het zwaarst weegt, is dat meer mensen de kans krijgen om aan het werk te komen.
Dat gaat wel ten koste van het aanvullend pensioen en WW van mensen met een arbeidsbeperking. Deze rechten worden immer opgebouwd over loon, niet over de uitkering. Doordat de werknemer een lager loon ontvangt, bouwt hij minder aanvullend pensioen en WW op dan bij de regels die nu gelden.
Bijstand is er voor mensen die niet zelf in hun bestaan kunnen voorzien. Heb je geen recht op een uitkering, bijvoorbeeld door een werkende partner of eigen vermogen, dan houdt de werknemer minder over dan mensen met een beperking die onder de huidige regels werken, maar meer dan als hij niet zou werken.
Geen behoefte aan
Uit onderzoek van Cedris blijkt dat ruim zeventig procent van de werkgevers die werken met loonkostensubsidie geen behoefte heeft aan het nieuwe instrument loondispensatie. Tachtig procent van hen is positief tot zeer positief over het huidige instrument loonkostensubsidie. En ruim zestig procent heeft negatieve verwachtingen van het nieuwe instrument loondispensatie.
Eerder al spraken zo’n 20 organisaties zich in verschillende media uit tegen loondispensatie. Het betreft zowel werknemersvertegenwoordigers, cliëntenorganisaties, brancheorganisaties als deskundigen.
Goedkoper
Deze manier van werken kost de overheid minder dan de regeling die er nu is. Met het geld dat overblijft, moeten gemeenten om met een beperking helpen bij werk of door banen te creëren voor mensen die veel ondersteuning nodig hebben.
De ondersteuning die er nu al is om mensen met een arbeidsbeperking aan werk te helpen, zoals een jobcoach, aanpassingen op de werkvloer en het risico dat de overheid op zich neemt als deze mensen ziek worden, blijven bestaan.
Bron: klik